Je hebt een strafbeschikking opgelegd gekregen, wat nu?

Heb je een strafbeschikking opgelegd? Dan heeft de officier van justitie jou een straf opgelegd. Hierbij is de officier van justitie niet langs de rechter gegaan, want het gaat om veelvoorkomende strafbare feiten die met een strafbeschikking makkelijk afgehandeld worden. Dit zijn overtredingen en minder erge misdrijven. Het Openbaar Ministerie stuurt je de strafbeschikking, en je kunt er dan voor kiezen om de straf te aanvaarden of om in verzet te gaan. 

De straf aanvaarden

Als je de straf eenmaal aanvaardt, dan moet je die ook uitbetalen of uitvoeren. Je kunt bijvoorbeeld een geldboete krijgen of een taakstraf, maar ook een ontzegging van je rijbevoegdheid of een gedragsaanwijzing. Welke straf je krijgt, ligt aan de ernst en de natuur van het strafbare feit dat er gepleegd is. Gevangenisstraf kun je niet krijgen, want die mag de officier van justitie niet zomaar opleggen. Daarvoor moet hij langs de rechter, en dat gebeurt bij strafbeschikkingen niet. Wel kan er een aantekening op je strafblad komen. Of dit gebeurt, ligt aan je specifieke zaak. 

In verzet gaan

Als je het oneens bent met de straf, kun je in verzet gaan. Dit doe je door contact te zoeken met het Openbaar Ministerie. Dan kan de officier van justitie bepalen of hij de strafbeschikking wil wijzigen of intrekken, of dat hij langs de rechter gaat. Ook al worden strafbeschikkingen normaal niet door de rechter beoordeeld, je kunt dus alsnog naar de rechter gaan. Strafbeschikkingen maken het makkelijker voor de officier van justitie om veel strafbare feiten af te handelen, maar dat betekent niet dat je niet het recht hebt om hier tegenin te gaan. Je moet echter wel binnen een termijn van twee weken in verzet gaan, want daarna kan het niet meer. Om je te helpen bij het verzet, kun je een advocaat inhuren.