Easy Web Search
Image default
Zakelijke dienstverlening

Voorkomen van verzekeringsfraude

Twee hoofdsoorten

Verzekeringsfraude is er in vele soorten en maten. In het algemeen worden er twee hoofdsoorten van verzekeringsfraude onderscheiden. 

De eerste soort verzekeringsfraude speelt bij het aanvragen van de verzekering met als doel om de verzekeringspremie te minimaliseren. Een voorbeeld hiervan is een beginnende autorijder die de persoonsgegevens opgeeft van een ervaren chauffeur. Omdat jongeren of beginnende autobestuurders een hoger risico lopen op ongevallen en schade, rekenen verzekeringspartijen een hogere premie. Hierdoor heeft het voor de bestuurder voordeel om de autoverzekering op naam van een andere, ervaren chauffeur te zetten.

 

De tweede vorm van verzekeringsfraude is het frauderen met het schadebedrag. Hierbij gaat het om het bewust hoger opgeven van het schadebedrag, maar ook door schade te fingeren. Denk daarbij aan het declareren van een gestolen zonnebril na afloop van de vakantie of het verhogen van de waarde van de inboedel na een inbraak. Dit gebeurt op de meest creatieve mogelijkheden zoals het gebruiken van kassabonnen van dure meubelen, die van de familie zijn.

 

Een sluipend proces

Niemand weet zeker hoeveel schade verzekeringsbedrijven in Nederland lijden door fraude, maar het Verbond van Verzekeraars gaat ervan uit dat dit rond de 1 miljard euro bedraagt. Een ongelofelijk hoog bedrag. Het grote probleem van verzekeringsfraude is dat het een sluipend proces is. Als iemand de verzekering succesvol heeft opgelicht en dit vertelt op familiebijeenkomsten, dan verlaagt dit de drempel voor anderen om het ook eens te proberen.

Met steeds stijgende verzekeringspremies als gevolg. Er is de verzekeraars dus veel aan gelegen om het aantal succesvolle fraudepogingen te verminderen.

 

3 mogelijkheden om verzekeringsfraude tegen te gaan

Om verzekeringsfraude tegen te gaan hebben verzekeraars meerdere mogelijkheden. Ten eerste zijn verzekeraars steeds scherper geworden in hun controle van schades. Dat vraagt een de nodige scherpte bij schademeldingen. Schadebehandelaars zijn meer gericht op het correct interpreteren van de situatie en houden de mogelijkheid van fraude altijd in het achterhoofd.

Ongetwijfeld worden sollicitanten op vacatures van schadebehandelaar tegenwoordig ook steeds meer beoordeeld op een zekere mate van gezond cynisme.

Daarnaast doen verzekeraars tegenwoordig eerder aangifte van verzekeringsfraude. Bij een veroordeling heeft dit een fikse boete tot gevolg en een aantekening in het frauderegister. Zo hoopt de verzekeringsbranche het aantal ‘copycats’ te verminderen.

De derde optie is het creëren van een gezamenlijk belang. Denk daarbij aan het benadrukken dat bij verzekeringsfraude de individuele fraudeur er positief uitspringt, terwijl de overige verzekerden worden geconfronteerd met een hogere verzekeringspremie. Door het creëren van een gezamenlijk doel, lage premies, kunnen verzekeraars ertoe worden overtuigd om geen fraude pogingen te ondernemen.